Daarnaast is PFAS fijn spul: met standaard zuiveringsinstallaties en filters, haal je de chemische stof er niet of niet volledig uit. Sterker nog, vertelt Bart: “Sommige stoffen bevatten geen PFAS, maar dat ontstaat na zuivering van water soms wel. Dat is buitengewoon ingewikkeld.” Een eenduidige oplossing is er niet, maar wat HEROS zoveel mogelijk doet – het terugsturen van onverbrande delen uit AEC-bodemas – is wel één van de mogelijkheden om te voorkomen dat het in de natuur terecht komt. Dat is al het geval in de Westerschelde, afkomstig van diverse bedrijven. Bart: “De vergunningverlener is duidelijk: als je een stroom hebt met PFAS erin, moet je hem als afvalverwerker eigenlijk alleen accepteren als je over de juiste installatie beschikt.” Bij elkaar opgeteld zijn er dus best een aantal flinke uitdagingen en vraagstukken die het moeilijk maken om te bepalen wat wel en niet werkt en tegen welke prijs. “PFAS bestaat uit een scala aan stoffen, maar er zijn ook behoorlijk wat technieken te bedenken die helpen. Een actief koolfilter is een goede optie”, vertelt Bart. PFAS houdt namelijk behoorlijk van kool en hecht zich daar dus aan. Een beproefd systeem, maar zeer kostbaar. “Het is de vraag of dat voor een afvalverwerker wel nodig en financieel haalbaar is.”
Dan is er ook nog de ozontechniek. De stof ozon, met drie zuurstofarmen (O3), reageert dan met PFAS en kan de chemische stoffen afbreken tot onder andere CO2 en water (H2O). Ozon is bovendien een oplossing die niets in het water achterlaat. Zodra ozon niet meer met een stof reageert, ontleedt het zich in korte tijd tot zuurstof (O2) gas. Die techniek wordt veel bij drinkwaterbedrijven toegepast. Ook zijn er enkele scheidingstechnieken, waarmee je PFAS scheidt van andere, niet-schadelijke stoffen en zo dus kan filteren.
Deze en andere technieken worden de komende maanden door Bart en zijn team onderzocht. Paul Kloet is nieuwsgierig naar de uitkomsten en hoopt met Iv-Water flink wijzer te worden van dit onderzoek. Pauls doel is om de hele waterketen zo zuiver mogelijk te houden en zo vroeg mogelijk in de keten in te grijpen. “Zo zuiver en herbruikbaar mogelijk, dat willen we bereiken. Je ontkomt er niet aan dat, wanneer je heel veel meet en weet, je schadelijke stofjes tegenkomt waar je iets mee moet. Maar als je circulair denkt en de keten korter maakt – ook in bijvoorbeeld een industriële plant – kun je de kwaliteit efficiënt beheersen omdat schadelijke stoffen dan sneller geïsoleerd worden.”